Paul Hoogenboom

klarinet


De drie berken.


Als drie bruiden, staan roerloos mijn drie berijpte berken

       te wachten.

Ze zijn niet jong meer, maar de rijp, geeft aan hun rijpheid een

       nog groter charme.

Met een onuitputtelijk geduld, penseelde op een nacht een kunstenaar

       takje voor takje.

Die kanten sluiers, die in elkaar grijpen, van die vrouwen die wachten

       op hun geleifde.

Toen ik hem zo zag staan, naast mijn drie bruiden

       dacht ik:

Wie van de drie zal hij omhelzen, en hij koos

       de kleinste

Maar de middelste en de grote, zullem hem in al hun pracht en pralendheid

       blijven volgen.               En dit zal hun lot zijn,

Elke morgen, als ik mijn gordijn terugsla, staan ze daar nog

       voor mijn raam.

Roerloos, onaantastbaar en schoon....

Ze maken me blij en verdrietig tegelijk

Hun schoonheid is zo vergankelijk hun wachten tevergeefs....

.......maar straks wordt het weer lente.

-----------------

Jij, die met mij deze schoonheid onderdvond,

zal dan, als de dooi zijn werk gedaan heeft

dit lezen, als een 'onwerkelijkheid'.

------------------